Veelgestelde vragen

12 december 2023

Het doel van de Arbowet is om de gezondheid en veiligheid van werknemers te bevorderen. De Arbeidsomstandighedenwet (Arbowet) geeft daarvoor richtlijnen. Zowel in de Arbowet en het daarop gebaseerde Arbobesluit zijn dan ook veel verplichtingen voor werkgevers en werknemers opgenomen. Deze gelden voor alle plekken waar arbeid wordt verricht.

Werkgevers en werknemers zijn samen verantwoordelijk voor het gezond en veilig werken en voor de invulling van deze wet in de eigen organisatie of branche. De Arbeidsomstandighedenwet bepaalt dat de werkgever zich ten aanzien van de naleving van zijn verplichtingen op grond van deze wet laat bijstaan door een of meer deskundige personen. Voor een aantal taken moet dat een bedrijfsarts zijn of een deskundige persoon (gecertificeerd).

Op 1 juli 2017 is de vernieuwde Arbowet ingegaan. De betrokkenheid van werknemers bij de arbodienstverlening is vergroot en preventie staat meer centraal.

Voor de bedrijfsarts zijn deze wijzigingen in de Arbowet belangrijk:

  • Invoering van het basis(plus)contract
  • Invoering van een expliciet recht op toegang tot de bedrijfsarts voor werknemers
  • Verplicht overleg bedrijfsarts met OR en preventiemedewerker
  • Werkplekbezoek door de bedrijfsarts
  • Recht op een second opinion bij het oordeel van de bedrijfsarts voor de werknemer
  • Verplichting voor de bedrijfsarts om een klachtenprocedure te hebben
  • Nieuwe mogelijkheid om bedrijfsartsen te bestraffen wegens het niet melden van een beroepsziekte
  • Expliciete verplichting om de bedrijfsarts te laten adviseren over preventie

Lees meer

« Terug naar index

20 juli 2023

Op de website van de Belastingdienst staat een 'Algemene modelovereenkomst geen werkgeversgezag'Je kunt deze als modelovereenkomst gebruiken in situaties waarin sprake is van directe inhuur én werkgeversgezag ontbreekt.

Overigens kan de belastingdienst op basis van feiten wel anders oordelen: de NVAB kan dus geen garantie geven!

Lees meer

« Terug naar index

17 januari 2024

Dat is afhankelijk van aard en ernst van de klacht. Vanzelfsprekend mag in de meeste gevallen worden verwacht dat de klager zich eerst tot de betreffende bedrijfsarts wendt om de klacht te bespreken. De bedrijfsarts doet er goed aan de klacht alsmede het verloop van gesprek met de werknemer naar aanleiding van die klacht schriftelijk vast te leggen. Als dit tot onvoldoende resultaat leidt kan klager zich wenden tot de leiding van de arbodienst of organisatie waar de bedrijfsarts werkt (eventueel een klachtencommissie).

Voor bedrijfsartsen werkzaam bij een arbodienst geldt dat arbodiensten volgens de certificeringsregeling verplicht zijn tot het hebben van een klachtenregeling.1, 2 Zelfstandige bedrijfsartsen zijn eveneens verplicht tot het hebben van een klachtenreglement.3 Zelfstandige bedrijfsartsen die lid zijn van de ZFB kunnen gebruik maken van het Klachtreglement zelfstandige bedrijfsartsen, via ZFB.4
Voor zorg die valt onder de WKKGZ (dan gaat het om vrijwillige contacten, zoals het preventief spreekuur) moet de toegang tot een geschillencommissie geborgd zijn. Voor ‘zorg in opdracht’ (verzuimbegeleiding) bestaat die wettelijke verplichting niet. Sommige bedrijfsartsen of arbodiensten zijn wel vrijwillig aangesloten bij een geschillencommissie. Dat geldt bijvoorbeeld wanneer men lid is van OVAL of de ZFB.

Onderstaand wordt per soort klacht de te bewandelen weg aangegeven.

Niet medisch-inhoudelijke klacht
Leidt behandeling van de klacht binnen het klachtenreglement van de arbodienst niet tot een bevredigende oplossing, dan kan een klager (werknemer of werkgever) zich richten tot een onafhankelijke Geschillencommissie Arbodienstverlening: adres hier te vinden (via OVAL). Wanneer het gaat om ‘zorg in opdracht’ (verzuimbegeleiding) kan dat alleen als een arbodienst zich vrijwillig heeft aangesloten bij een geschillencommissie. Mocht dat niet zo zijn, dan kan de betreffende bedrijfsarts/ arbodienst op dat moment nog instemmen met de behandeling door een onafhankelijke Geschillencommissie Arbodienstverlening, het is echter geen verplichting.
De Geschillencommissie behandelt klachten van werknemers of werkgevers die vinden dat een gedraging van (een werknemer van) een arbodienst jegens hen onbehoorlijk is of hen in hun gerechtvaardigd belang getroffen heeft. De Geschillencommissie behandelt geen klachten die het medisch oordeel of medisch handelen van de bedrijfsarts betreffen.5
Gaat de klacht over het handelen van de bedrijfsarts of diens taakgedelegeerde, dan is een tuchtrechtelijke procedure mogelijk (zie onder ‘klacht over het professioneel handelen van de bedrijfsarts’.
Tot slot heeft werknemer de mogelijkheid een civiele procedure starten, bijvoorbeeld om vermeende schade te verhalen.

Klacht over het professioneel handelen van de bedrijfsarts
Betreft de klacht van de werknemer het professioneel handelen van een bedrijfsarts, dan bestaat er sowieso de mogelijkheid om een second opinion aan te vragen, zie (verwijzen naar betreffende FAQ).

Ook kan een klacht worden ingediend bij het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg. Klachten kunnen het medisch inhoudelijk handelen betreffen, maar ook bejegeningskwesties, of de gegevensuitwisseling. De werknemer moet de klacht richten aan het binnen het ambtsgebied van de bedrijfsarts gevestigde Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg. Nadere informatie is te vinden op de website van de tuchtcolleges: www.tuchtcollege-gezondheidszorg.nl.

Meningsverschillen over of behoefte aan adviezen over arbeidsgeschiktheid, re-integratie of passend werk
Bij meningsverschillen omtrent of behoefte aan adviezen over arbeidsgeschiktheid, re-integratie of passend werk kan een deskundigenoordeel worden gevraagd bij het UWV. Het UWV geeft op verzoek van een werknemer of werkgever een oordeel over:

  • de arbeids(on)geschiktheid van de werknemer
  • de re-integratie -inspanningen van de werknemer
  • passend werk binnen het bedrijf voor de werknemer
  • de re-integratie-inspanningen van de werkgever.

Klacht over aanstellingskeuringen
Heeft een potentiële werknemer (meestal is er dan nog geen dienstverband, tenzij er sprake is van functieverandering binnen een bedrijf) een klacht over een aanstellingskeuring, dan kan hij terecht bij de Klachtencommissie Aanstellingskeuringen. Meer informatie over deze commissie is te vinden op www.aanstellingskeuringen.nl.


1 Arbeidsomstandighedenbesluit Artikel 2.9 aanhef en onder f 
2 Op de website van SBCA, Stichting Beheer Certificatieregeling Arbodiensten staat een lijst met de gecertificeerde diensten en verdere informatie over de ‘Regeling Certificatie Arbodiensten’.
3 Zie o.a. uitspraak Regionaal Tuchtcollege Zwolle dd 28-11-2014                             
ZFB: verenigingzfb.nl                                                        
5 Artikel 7 Reglement Geschillencommissie Arbodiensten.


Lees meer

« Terug naar index

09 oktober 2023

Ook zelfstandige bedrijfsartsen zijn verplicht tot het hebben van een klachtenreglement. Zie bijvoorbeeld Uitspraak Regionaal Tuchtcollege Zwolle dd 28-11-2014.

Zelfstandige bedrijfsartsen die lid zijn van de ZFB kunnen gebruik maken van het Klachtreglement zelfstandige bedrijfsartsen, via ZFB.

« Terug naar index

17 januari 2024

Ja en Nee. Bepalend is in wiens opdracht de bedrijfsarts een bepaalde handeling verricht.

Bij handelingen in opdracht van de werknemer (arbeidsomstandighedenspreekuur) vallen bedrijfsartsen wel onder de Wkkgz.

Voor handelingen in opdracht van de werkgever of een andere derde (verzuimspreekuur) is de Wkkgz (hoofdstuk 3) niet van toepassing. Bedrijfsartsen moeten wel een klachtenregeling hebben conform de Arbowet, artikel 14 (tweede lid onder h).

Naast de klachtregelingen volgens de Wkkgz en de Arbeidsomstandighedenwet is er op basis van de Wet op de medische keuringen een separate klachtenregeling voor aanstellingskeuringen. Een keurling kan dan een klacht indienen bij de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen, 

Voor bedrijfsartsen werkzaam bij een arbodienst geldt dat ook arbodiensten verplicht zijn tot het hebben van een klachtenregeling (artikel 2.9 Arbeidsomstandighedenbesluit). Arbodiensten aangesloten bij OVAL hebben een uniform klachtenreglement.

Lees meer

« Terug naar index

17 januari 2024

De bedrijfsarts is verantwoordelijk
Bij klachten kunnen werkgever en werknemer in elk geval altijd terecht bij de bedrijfsarts. Hij is immers eindverantwoordelijk. De bedrijfsarts moet toezicht houden op de kwaliteit en uitvoering van de gedelegeerde taken. Het is bijvoorbeeld belangrijk dat een gedelegeerde geen taken uitvoert die niet gedelegeerd mogen worden of die buiten zijn deskundigheid liggen. En dat de gedelegeerde zich houdt aan de regels rond geheimhouding en privacy. Het is in het belang van zowel bedrijfsarts als taakgedelegeerde dat zij taakdelegatie goed regelen en beiden toezien op het op de juiste wijze nakomen van die overeenkomst.

Klachten over taakgedelegeerde
Werknemers of werkgevers kunnen met klachten over de gedelegeerde terecht bij de gedelegeerde zelf, maar ook altijd bij de bedrijfsarts. Ook de gedelegeerde moet de bedrijfsarts om hulp kunnen vragen bij conflicten met werkgever of werknemer.

Klachten over bedrijfsarts
Ook voor problemen met de bedrijfsarts is deze zelf de aangewezen persoon om mee in gesprek te gaan.

Wat kan werknemer of werkgever doen bij een klacht?
Werknemer heeft diverse mogelijkheden.

Bespreek de klacht
Het meest voor de hand liggend is om de klacht eerst te bespreken met de bedrijfsarts en/of de taakgedelegeerde zelf.

Klachtreglement
Komen de partijen er samen niet uit, dan kan een werkgever of werknemer een klacht indienen conform het klachtreglement van de arbodienst, de betreffende bedrijfsarts of de organisatie waar de arts werkt. 

Geschillencommissie of Tuchtcollege
Het komt gelukkig niet vaak voor, maar als een werknemer na het doorlopen van een formele klachtenregeling nog steeds niet tevreden is zijn er nog diverse mogelijkheden.

Lees meer

« Terug naar index / « Naar themapagina taakdelegatie

23 oktober 2023

Bron: website KoM (bericht Wet toetreding zorgaanbieders per 2022)

De Wtza (Wet toetreding zorgaanbieders) regelt aan welke eisen zorgaanbieders moeten voldoen voordat ze zorg mogen verlenen. Ze vervangt de Wtzi (Wet toetreding zorginstellingen).

Er geldt een meldplicht voor bedrijfsartsen (zorgaanbieders). De volgende situaties kunnen van toepassing zijn:

  • Bestaande zorgaanbieders, die al op 1 januari 2022 in het Landelijk Register Zorgaanbieders (LRZa) staan, hebben daarmee aan hun meldplicht voldaan. Het LRZa verzamelt zelf informatie uit onder meer BIG- en KvK-registraties en het systeem van AGB-codes (waarmee bedrijfsartsen verwijzen naar reguliere / verzekerde zorg). Het advies is om dit nog wel te checken via https://www.cibg.nl/zorgaanbiedersportaal
    Als gegevens niet correct zijn kun je die aanpassen in de onderliggende bron zoals de KvK.
  • Een op 1-1-22 actieve zorgaanbieder nog zonder vermelding in het LRZa-register, moet zich vóór 1 juni 2022 aanmelden via https://www.toetredingzorgaanbieders.nl/melden
  • Wie start als zorgaanbieder ná 1-1-2022, moet zich binnen 3 maanden vóór de start van de zorg melden via https://www.toetredingzorgaanbieders.nl/melden
    Dit is onder meer van belang omdat nieuwe AGB-codes niet worden afgegeven zonder Wtza-melding.

Vergunning en intern toezicht
Omdat arbodiensten of samenwerkingsverbanden (maatschappen) van bedrijfsartsen en verzekeringsartsen geen medisch specialistische zorg verlenen, zijn de verderstrekkende verplichtingen tot vergunning en intern toezicht niet van toepassing.

Lees meer

« Terug naar index

10 oktober 2023

Voor een spreekkamer van een bedrijfsarts zijn geen specifieke wettelijke eisen. Maar uit het doel van het spreekuur laten zich logischerwijze wel een aantal eisen afleiden. 

Belangrijk is dat de kamer niet gehorig is. Er moet geen lawaai van betekenis van buiten kunnen doordringen, en anderzijds moet hetgeen wordt besproken niet buiten de kamer te horen zijn. Hetzelfde geldt voor de zichtbaarheid naar buiten en van buiten. Er moet voldoende daglicht zijn, zonder inkijk.

De kamer moet naar algemeen geaccepteerde maatstaven zijn gestoffeerd en gemeubileerd. Een kast kan tot het meubilair behoren, maar een spreekkamer is geen opslagruimte voor dossiers of zaken die er niet in thuis horen. De verwarming moet een temperatuur van 20 graden Celsius mogelijk maken. Een onderzoekbank met papierrol behoort tot de standaard-inventaris, evenals een wastafel met stromend water en onderzoeksinstrumentarium (bloeddrukmeter, personenweegschaal, meetlint, logaritmisch opgebouwde leeskaart, oogspiegel, otoscoop, keelspatel, stethoscoop). De cliënt moet zich achter een scherm kunnen uitkleden en zijn / haar kleding kunnen ophangen of op een stoel leggen. De cliënt moet comfortabel kunnen zitten aan het bureau van de bedrijfsarts of in een zithoek.
De wachtruimte moet rustig zijn. Dit is bijvoorbeeld niet het geval als die wordt gedeeld met andere doelgroepen.

« Terug naar index

10 oktober 2023

Dat is de professionele verantwoordelijkheid van de bedrijfsarts. Een videoconsult kan een waardevol alternatief zijn voor een fysiek consult, of een aanvulling daarop. Bij de afweging of een videoconsult geschikt is, is samen beslissen de kern. Wanneer het videoconsult niet ten goede komt aan het bieden van goede zorg is een videoconsult minder geschikt. Het is uiteindelijk de bedrijfsarts die op basis van professionele verantwoordelijkheid en kritische afweging zelf de keuze maakt welk type spreekuur op welk moment wordt ingezet. 

Lees meer

« Terug naar index

10 oktober 2023

Het is wettelijk toegestaan dat een patiënt geluidsopnames maakt van het gesprek met een arts. Hiervoor heeft de patiënt geen toestemming van de arts nodig (maar het komt de verstandhouding ten goede als de patiënt dit wel doet). 

Om artsen te ondersteunen bij het goed integreren van het opnemen van gesprekken in de praktijk geeft de KNMG in de handreiking Opnemen van gesprekken door patiënten aan wat de regels zijn en hoe hiermee om te gaan.

Lees meer:

« Terug naar index

10 oktober 2023

Een bedrijfsarts kan een verzoek van een werknemer om iemand mee te nemen naar het spreekuur weigeren. De vraag is of dat verstandig is. Een weigering moet met argumenten omkleed worden. Het is verstandig zo’n gemotiveerde weigering in het dossier vast te leggen zodat over de argumenten nooit onduidelijkheid bestaat.

Het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg in Amsterdam overwoog naar aanleiding van een klacht van een werkneemster met psychische klachten tegen de bedrijfsarts, die de echtgenoot van werkneemster niet bij het gesprek toeliet het volgende:

“Het college acht het in professioneel opzicht niet onjuist dat verweerder klaagster buiten aanwezigheid van haar echtgenoot heeft willen onderzoeken. Om een goed beeld te krijgen van de persoon en diens klachten kan het gewenst zijn om de onderzochte zonder 'invloeden van buitenaf' te zien, maar gelet op de gespannen sfeer die kennelijk ontstond tijdens het spreekuurcontact, had verweerder kunnen overwegen om klaagsters echtgenoot, nadat zij haar bezwaar kenbaar had gemaakt, toch toe te laten tot het gesprek.” [1]

Het toelaten van een derde in de spreekkamer kan ook de nodige voordelen opleveren. Zaken rond verzuim en re-integratie zijn complex. Twee personen zullen daarvan waarschijnlijk meer onthouden dan alleen de werknemer. Het meenemen van bijvoorbeeld een partner kan zelfs worden gestimuleerd om zicht te krijgen op bevorderende of belemmerende factoren in de privé-situatie.

In zijn algemeenheid kan de volgende aanpak worden gehanteerd;

  • Bij een eerste consult kan het op basis van de objectieve oordeelsvorming goed zijn de werknemer eerst zonder de aanwezigheid van een derde te spreken en te onderzoeken. De derde kan dan desgewenst alsnog worden binnengeroepen bij het bespreken van de conclusie, tenzij de aard van de informatie zich daartegen zou verzetten.
  • Bij vervolgconsulten moet er een duidelijke en gemotiveerde reden zijn om een derde niet toe te laten. Een belangrijke reden kan zijn dat de derde het gesprek steeds overneemt, waardoor een beoordeling van de belastbaarheid van de werknemer niet goed mogelijk is. Als het aanspreken van de derde niet tot verandering leidt, kan die derde worden verzocht de spreekkamer te verlaten. Vanuit zorgvuldigheid is het in een dergelijke situatie verstandig om dan ook met de betrokken werknemer eenduidige afspraken te maken voor de eventuele verdere consulten.

[1] Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg te Amsterdam, 2 mei 2006, 2004/136


« Terug naar index

18 januari 2024

Nee, dat mag werkgever niet weigeren. De werkgever is verplicht tot inschakeling van een bedrijfsarts voor wettelijk gedefinieerde taken. Daaronder valt bijvoorbeeld de begeleiding van een verzuimende werknemer met een gezondheidsprobleem of wanneer er sprake is van een (vermoede) beroepsziekte.

Verder staat in de Arbowet dat de werkgever ervoor moet zorgen dat de werknemer – zonder toestemming van de werkgever - de bedrijfsarts kan bezoeken als hij vragen heeft of advies wil over zijn gezondheid in relatie tot werk. Dat geldt óók als hij nog niet verzuimt of klachten heeft. Denk bijvoorbeeld aan een werknemer die een ziekte heeft maar daarmee ‘gewoon’ aan het werk is.

Werknemer hoeft werkgever niet op de hoogte te stellen van een bezoek aan het open spreekuur, dat mag anoniem. Dat betekent dat werknemer in de gelegenheid gesteld worden om zelf een afspraak te maken met de bedrijfsarts, zonder tussenkomst van werkgever. De contactgegevens van de bedrijfsarts moeten dan ook vrij toegankelijk zijn voor werknemers. Afspraken over de toegang tot de bedrijfsarts moeten zijn vastgelegd in het basiscontract.

Lees meer

« Terug naar index

19 april 2024

Conform de KNMG-richtlijn Omgaan met medische gegevens kan de bedrijfsarts, met toestemming van de betrokken medewerker, informatie opvragen bij een behandelend arts of behandelaar en dat kan ook vice versa. Zie voor meer informatie en de uitgangspunten o.a. H1.6 (p.25) en H7.2.4 (p.121) van de betreffende richtlijn.

De bedrijfsarts vraagt informatie op
Zorgaanbieders die informatie verstrekken aan de bedrijfsarts kunnen maximaal het NZa-tarief in rekening brengen. Omdat de zorg die de bedrijfsarts valt onder niet-verzekerde zorg is het NZa-tarief ‘informatie verstrekking aan derden’ van toepassing.  Het NZa-tarief is het maximale tarief dat in rekening gebracht mag worden. De hoogte van het bedrag is afhankelijk van het type zorgaanbieder (bijvoorbeeld huisarts, medisch specialist of psycholoog).

De bedrijfsarts krijgt het verzoek om informatie te verstrekken
Bedrijfsartsen leveren zorg die niet valt onder de ‘verzekerde zorg’. De activiteiten van de bedrijfsarts vallen daarmee niet onder de NZa-tarieven, maar onder de vrije markt. Dat geldt ook voor het verstrekken van medische informatie aan zorgaanbieders of anderen, bijvoorbeeld een medisch adviseur. De NVAB is van mening dat het in het belang van derden is dat de bedrijfsarts op een zo kostenefficiënt mogelijke manier te werk gaat bij het verstrekken van informatie aan derden.

Lees meer

« Terug naar index

23 oktober 2023

Reguliere zorg is verzekerd en wordt vergoed door de zorgverzekeraar. Het eigen risico komt volgens de geldende afspraken voor rekening van de verzekeringsnemer.

Werkgever en werknemer maken samen afspraken over de re-integratie. Werkgever draagt in redelijkheid de kosten voor de re-integratie. Daarbij mag de werkgever rekening houden met de vergoedingen die de werknemer krijgt uit hoofde van de door de werknemer gesloten verzekering. De werkgever maakt hierover afspraken met de werknemer. Zie de Richtlijn gezondheidszorg en werk.

Lees meer:

« Terug naar index

23 oktober 2023

In artikel 14 lid 2 van de Zorgverzekeringswet (Zvw) staat het volgende:
‘De zorgverzekeraar neemt in zijn modelovereenkomst op dat geneeskundige zorg zoals medisch-specialisten die plegen te bieden, met uitzondering van acute zorg, slechts toegankelijk is na verwijzing door in die overeenkomst aangewezen categorieën zorgaanbieders, waaronder in ieder geval de huisarts.’

Een verwijzing door een bedrijfsarts kan dus geweigerd worden, behalve wanneer de zorgverzekeraar daarover een overeenkomst heeft met de bedrijfsarts, arbodienst of andere zorgaanbieder waar de bedrijfsarts werkzaam is.

Lees meer:

« Terug naar index

23 oktober 2023

Het recht op vrije artsenkeuze - zoals dat in de curatieve zorg bestaat - kan in andere situaties door wettelijke bepalingen of afspraken tussen partijen worden ingeperkt. Voor de beantwoording van deze vraag is het verstandig om onderscheid te maken tussen vrijwillige contacten met de bedrijfsarts en contacten die in opdracht van de werkgever plaatsvinden (bijvoorbeeld in het kader van de verzuimbegeleiding).

Vrijwillige contacten
In het geval van een vrijwillig contact kan een werknemer natuurlijk simpelweg afzien van contact met een bedrijfsarts die hem niet bevalt. Het is dan zijn vrije keus om af te zien van (een deel van) bedrijfsgezondheidszorg.

Contacten in opdracht van de werkgever
Voor contacten met de bedrijfsarts die in opdracht van de werkgever plaatsvinden ligt het gecompliceerder. Het betreft hier meestal contacten in het kader van de verzuimbegeleiding. Een werknemer heeft geen wettelijk recht om zelf te kiezen voor zijn bedrijfsarts. In de praktijk is het de werkgever die de keuze maakt voor een arbodienstverlener en daarmee feitelijk de bedrijfsarts aanwijst. Hoewel die keuze voor een arbodienstverlener in overleg en met instemming van de OR gemaakt wordt, heeft de individuele werknemer verder geen directe invloed op die keuze. In dit geval kan de werknemer niet simpelweg afzien van contact met de bedrijfsarts die hem niet bevalt. Althans niet als hij het recht op loondoorbetaling, en uiteindelijk het voortbestaan van zijn arbeidsovereenkomst, niet in gevaar wil brengen. De wegens ziekte verzuimende werknemer zal immers in redelijkheid moeten meewerken aan een onderzoek om zijn werkgever in de gelegenheid te stellen het recht op loondoorbetaling te beoordelen en om hem in staat te stellen de wettelijke (re-integratie) taken na te komen.

In beide gevallen, bij vrijwillige en bij verplichte contacten, kan de werknemer zijn werkgever of arbodienstverlener verzoeken om een andere bedrijfsarts. Gezien het belang voor alle partijen van een vertrouwensrelatie tussen bedrijfsarts en werknemer hebben veel werkgevers en arbodienstverleners een regeling om dergelijke verzoeken te honoreren. Dit beleid kan worden aangepast op basis van afspraken tussen werknemers(vertegenwoordiging) en werkgever.
Indien het zowel werknemer als bedrijfsarts beter lijkt de begeleiding aan een collega over te dragen kan bedrijfsarts de werkgever adviseren dat niet tegen te houden. 

« Terug naar index

13 maart 2024

De bedrijfsarts kan de behandelrelatie met werknemer niet zonder zwaarwegende reden beëindigen. Mocht hij toch de behandelrelatie willen beëindigen, dan moet de bedrijfsarts zorg dragen voor opvolging in het kader van de zorgplicht.[1]

Gewichtige reden
De behandelrelatie kan slechts bij hoge uitzondering eenzijdig verbroken worden als er sprake is van een ‘gewichtige reden’. In de genoemde KNMG-richtlijn ‘Niet-aangaan of beëindiging van de geneeskundige behandelingsovereenkomst’ staat omschreven wanneer daar sprake van is en aan welke zorgvuldigheidseisen de arts moet voldoen om de behandelingsovereenkomst te kunnen beëindigen. Voor bedrijfsartsen geldt daarbij ook dat zij in dit soort situaties zorgvuldig moeten handelen in de berichtgeving hierover naar de werkgever. Zie hiervoor de FAQ ‘Mag de bedrijfsarts aan de politie melden dat hij zich bedreigd voelt door een werknemer?‘

Geen gewichtige reden
Als geen sprake is van zo’n gewichtige reden, dan zal de bedrijfsarts met werknemer moeten bespreken wat de reden is van de beoogde overdracht. Als de werknemer akkoord gaat en het lijkt zowel bedrijfsarts als werknemer beter de begeleiding aan een andere bedrijfsarts over te dragen, dan kan de bedrijfsarts werkgever adviseren akkoord te gaan met de overdracht.
Van de bedrijfsarts mag verwacht worden dat die (eventueel in samenspraak met de eigen arbodienst) een nieuwe bedrijfsarts voorstelt aan de werkgever, die eindverantwoordelijk is voor de zorg bij verzuimbegeleiding. Mocht de werkgever hier niet mee akkoord gaan, dan zal de oude bedrijfsarts volgens contract zorg moeten blijven verlenen.  
Voor vrijwillige zorg geldt in lijn met de bovengenoemde KNMG-richtlijn een vergelijkbare redenering, met die aantekening dat de werknemer, anders dan een patiënt in de reguliere zorg, geen vrije (bedrijfs)artsenkeuze heeft en dus niet zelfstandig een nieuwe bedrijfsarts kan zoeken. Het staat de werknemer vrij om van deze zorg af te zien.
Gaat de werknemer niet akkoord met overdracht naar een nieuwe bedrijfsarts, dan is het nog maar de vraag of het verstandig is om deze overdracht af te dwingen, in elk geval zolang nog steeds geen sprake is van een gewichtige reden. Advies is dat de bedrijfsarts in dit geval vooral met de werknemer in gesprek blijft en toch blijft zoeken naar oplossing voor de ontstane situatie.

In alle gevallen geldt dat het informeren van werkgever zorgvuldig gebeurt met inachtneming van de volledige privacy van werknemer, dus summier qua informatie. Daarna kan de overdracht naar de nieuwe bedrijfsarts plaatsvinden. Voor meer informatie m.b.t. de overdracht van het dossier zie de ‘leidraad bedrijfsgeneeskundig dossier.

Is werknemer degene die de behandelrelatie wil beëindigen? Zie daarvoor de FAQ ‘Kan werknemer zelf zijn bedrijfsarts kiezen?


[1] Dit geldt zowel als sprake is van vrijwillige contacten (spreekuren op verzoek van werknemer) als van spreekuren in opdracht (verzuimbegeleiding). Wanneer sprake is van een vrijwillig contact met de bedrijfsarts bestaat er een behandelrelatie en is de WGBO en de KNMG-richtlijn ‘Niet-aangaan of beëindiging van de geneeskundige behandelingsovereenkomst’ volledig van toepassing. Bij zorgverlening in opdracht bestaat ook een behandelrelatie, maar deze rol van de bedrijfsarts valt niet onder de WGBO. Toch is de KNMG-richtlijn ook hierop van toepassing, omdat de juridische relatie dit niet in de weg staat. Kortom: de bedrijfsarts kan zowel bij vrijwillige als bij verplichte spreekuurcontacten niet zonder meer de zorgverlening aan een individuele werknemer beëindigen.


Lees meer