Gezamenlijke verklaring NVAB en STECR

19 november 2015

In de afgelopen periode hebben vertegenwoordigers van de NVAB en van STECR gesproken over de ontstane situatie rond de nieuwe STECR Werkwijzer Arbeidsconflicten, versie 6 (zie onze berichtgeving hierover van 10 maart jl.). Dit overleg heeft geleid tot:

  • een gezamenlijke verklaring. 
  • het herroepen van het advies van het NVAB-bestuur dd. 10 maart 2015 om de 6e versie van de werkwijzer niet te gebruiken.
  • een aanvulling op de STECR Werkwijzer Arbeidsconflicten versie 6 over de advisering door de bedrijfsarts. 

Toelichting over de advisering door de bedrijfsarts                                                                                                    (aanvulling op STECR Werkwijzer Arbeidsconflicten, versie 6)

  1. Uitgangspunt is en blijft de kerntaak van de bedrijfsarts: het beschermen, bewaken en bevorderen van de gezondheid van werkenden. De werkwijzer beoogt op geen enkele wijze de bedrijfsarts te beperken in zijn kerntaak. Hoewel in de opzet van de werkwijzer de juridische aspecten rond ziekte en arbeidsconflict voorop staan, laat de werkwijzer de bedrijfsarts volledig ruimte om alle adviezen aan werkgever en werknemer te geven die hem zinvol lijken. De bedrijfsarts is binnen de werkwijzer volledig vrij zijn beroep uit te oefenen.
  2. Zowel de NVAB als STECR onderschrijven het belang van het verkrijgen van commitment voor een advies van de bedrijfsarts. De werkwijzer legt daarbij de nadruk op toepassing van ‘hoor en wederhoor’. Het karakter van het begrip ‘hoor en wederhoor’ is in de werkwijzer niet strikt juridisch bedoeld maar meer om ‘alle kanten van het verhaal te horen’ alvorens tot een advies te komen. Het gaat niet alleen om de kwaliteit van het advies, maar ook om het proces. De werkwijzer laat de bedrijfsarts alle ruimte om hierin een eigen professionele afweging te maken. De bedrijfsarts hoeft niet vooraf van de werkgever toestemming voor zijn advies te verkrijgen. 
  3. Om te handelen volgens de werkwijzer is een absolute voorwaarde dat de bedrijfsarts een ondubbelzinnig advies geeft over de vraag of de werknemer zijn werk wegens ziekte verzuimt (de eerste vraag uit de werkwijzer). Alleen dan is voor alle betrokkenen duidelijk of de Wet Verbetering Poortwachter (WVP) van toepassing is. Dit is een essentieel onderdeel van de werkwijzer; zonder deze vraag te beantwoorden kan niet gewerkt worden volgens de werkwijzer. In geval van verzuim wegens ziekte adviseert de bedrijfsarts werkgever en werknemer niet alleen vanuit de (proces) verplichtingen van de WVP , maar geeft hij daarnaast alle gezondheidskundige adviezen[1] die hij nodig acht. In geval van verzuim niet-wegens-ziekte is de WVP niet van toepassing en geeft de bedrijfsarts alleen gezondheidskundige adviezen aan werkgever en werknemer. Voor de bedrijfsarts verschilt verzuim wegens- ziekte en verzuim niet-wegens-ziekte in  praktische, adviserende, zin alleen op het (WVP) proces; de inhoudelijke advisering zal gelijk kunnen zijn. Strikt genomen valt de advisering van de bedrijfsarts ingeval van verzuim niet-wegens-ziekte buiten de reikwijdte van de werkwijzer. Desondanks geeft de werkwijzer ook dan aanwijzingen over de manier waarop de bedrijfsarts zou kunnen adviseren. Ook hierin mag de bedrijfsarts zijn eigen professionele afwegingen maken.
  4. De NVAB heeft aangekondigd met een eigen richtlijn Arbeidsconflicten te komen die zich vooral richt op (evidence-based) interventies die de bedrijfsarts kan adviseren.
Download hier de gezamenlijke verklaring van NVAB en STECR 

[1] Met ‘gezondheidskundig’ wordt hier bedoeld: alle preventie-, interventie- en behandeladvies