Als spoedeisende hulp arts (SEH-arts) is Heleen Lameijer gewend om hard te werken, met hoge intensiteit en veel diensten. Het was dan ook wennen toen dat door haar zwangerschap even niet meer kon. Ze schrijft erover in haar tweede boek en op social media. ‘Ik haal veel zelfwaardering uit mijn werk en voel een sterke verantwoordelijkheid.’
Heleen Lameijer is SEH-arts, wetenschapper en auteur. Ze schreef een boek over haar werk, Op de Spoedeisende Hulp, en haar tweede boek, Hollen of Stilstaan, komt 26 juni uit. ‘Het boek staat vol met verhalen die ik heb meegemaakt op de SEH. Patiëntenverhalen, maar ook van mijzelf. In dit nieuwe boek bespreek ik ook mijn zwangerschap en mijn ervaringen als dokter die zwanger is,’ vertelt ze.
Een arts heeft immers zelf ook veel kennis en beleeft de afweging van het wel of niet doen van testen, de echo’s en het zijn van ‘de patiënt’ misschien anders dan anderen. ‘Ineens moest ik zelf zorg ontvangen,’ vertelt ze. ‘Normaal ben ik gewend om zorg te geven. Daarnaast werk ik dus op de SEH, met wisselende diensten en nachtdiensten. Toen kwam die zwangerschap erbij en realiseerde ik me dat het wel echt een pittige baan is. Daarvoor was ik altijd topfit en nu was dat toch even anders.’
De bedrijfsarts nam mijn zorgen weg door te zeggen dat iedereen wel ergens in het leven hulp nodig gaat hebben
Fit je verlof halen
Op dit moment is Lameijer voor de tweede keer zwanger. In dit proces rondom werk en zwangerschap, heeft ze goed contact gehad met de bedrijfsarts. ‘Ik heb verteld waar ik tegenaan liep en gevraagd hoe ik zo goed mogelijk inzetbaar kon blijven,’ vertelt ze. ‘Bijvoorbeeld het schrappen van avonddiensten, zittend werk doen. Hij nam ook mijn zorgen weg door te zeggen dat iedereen wel ergens in het leven hulp nodig gaat hebben en van regelingen gebruik gaat maken. Daar heb je gewoon recht op.’
Preventief naar de bedrijfsarts
Werknemers hebben altijd recht op contact met de bedrijfsarts wanneer er vragen zijn over gezondheid en werk. Dat kan ook preventief, dus wanneer er nog geen sprake is van klachten of uitval voor werk. Bijvoorbeeld wanneer de werkende zwanger is. Zij kunnen dan een afspraak maken met de bedrijfsarts voor een preventief consult. Zo’n consult wordt ook wel ‘open spreekuur’ of ‘arbeidsomstandighedenspreekuur’ genoemd. Dit recht is vastgelegd in de Arbowet.
Trek aan de bel
Lameijer maakte van dit recht gebruik, omdat het werken bij haar eerste zwangerschap pittig bleek, aan het eind. Wat voor haar toen had kunnen helpen, vertelt ze, is een oproep voor een preventief consult bij de bedrijfsarts. ‘Eigenlijk zou dit voor elke zwangere moeten bestaan. Ik trok nu zelf aan de bel, omdat ik het eerder heb meegemaakt, maar het zou fijn zijn als je al van tevoren kunt nadenken over hoe je fit je verlof haalt. Dat zou de drempel verlagen.’ Via haar social media spreekt ze zich dan ook uit over dit onderwerp. ‘Het is belangrijk dat vrouwen weten waar ze recht op hebben en waar ze terecht kunnen.’
Zwangerschap is een onderwerp dat in haar loopbaan bijna toevallig steeds weer terugkomt, zegt Lameijer. ‘Ik ben gepromoveerd op ernstige hartaandoeningen tijdens de zwangerschap.’ Het bleef altijd een aandachtspunt voor haar. ‘Ik denk dat ik het gewoon fascinerend vind dat het vrouwenlichaam dit kan. Ik ben geïnteresseerd in alle veranderingen. Al het moois, maar ook in de risico’s.’
Discipline-overstijgend werk
Ze maakte aanvankelijk plannen om cardioloog te worden. Toen ze daarvoor een cursus over de systematische benadering van medische spoedsituaties volgde, vond ze de arts die kwam spreken zo inspirerend, dat ze haar carrière bijstuurde richting de Spoedeisende Hulp. ‘Geen dag op mijn werk is hetzelfde, je ziet mensen op misschien wel de slechtste dag van hun leven en kunt dan iets voor hen betekenen,’ vertelt ze. ‘Het is discipline-overstijgend en je ziet van alles.’ Zo was er een transgender kind met een enkelfractuur, die alles vertelde over hoe het is om trans te zijn. Of de man die niet wilde worden opgenomen omdat hij mantelzorger was voor zijn vrouw, of iemand die uit de gevangenis kwam voor behandeling. ‘Die had waarschijnlijk heel erge dingen gedaan, maar bleek ineens een superklein hartje te hebben.’
Om het vak nog meer zichtbaarheid te geven, begon Lameijer in 2018 een Instagram-account, waarop ze veel vertelde over haar werk. ‘Bepaalde patiëntenverhalen bleven bij me hangen, ik had behoefte om die een plekje te geven,’ vertelt ze. Ze schreef ze geanonimiseerd op en deelde ze. ‘Toen werd ik benaderd door een uitgeverij met de vraag of ik een boek wilde schrijven. Zodra die deal eenmaal rond was, kreeg ik niets meer uit mijn vingers en zat ik helemaal vast.’ De COVID-crisis bood een reden om niet meer aan het boek te werken, stelt ze. ‘Maar tijdens die periode gebeurde vervolgens zoveel, dat ik dat van me af wilde schrijven. Toen de crisis over was, had ik praktisch een heel boek af.’
Sterke verantwoordelijkheid
Nu komt er dus alweer een tweede boek en daarin speelt zwangerschap en werk een grote rol. ‘Ik merkte toen ik de eerste keer zwanger was dat het werk pittiger werd, ik kreeg last van mijn bekken en had harde buiken. Ik vond het moeilijk om daarnaar te luisteren,’ vertelt ze. Ze was immers gewend om door te zetten: ‘Ondanks die klachten heb ik toen doorgewerkt. Niet omdat het moest van m’n collega’s, maar omdat ik zelf veel waarde hechtte aan het feit dat ik dat nog kon. Ik haal veel zelfwaardering uit mijn werk en de zorg staat al onder druk, ik voel een sterke verantwoordelijkheid.’
Uiteindelijk werd ze door haar lichaam toch teruggefloten. ‘Mijn dochter bleek te klein te zijn en ik moest eerder met verlof. Dat vond ik vreselijk,’ zegt ze. Maar na haar eerste twee weken verlof, groeide haar dochter ineens sterk. ‘En ik dus ook.’ Ze wil de positieve effecten van luisteren naar je lichaam meegeven aan anderen, in het bijzonder artsen. ‘En er zijn richtlijnen voor werk en zwangerschap, daar is ook niet iedereen zich van bewust.’ Het besef kwam bij haar pas toen haar dochter te klein bleek te zijn. ‘Ik heb me ook wel schuldig gevoeld toen ze eenmaal was geboren en ik haar leerde kennen. Ik dacht: “als ik had geweten dat jij het was, had ik het rustiger aan gedaan”.’
Dit brengt ze zelf ook in praktijk. ‘Ik ben nu 29 weken zwanger van de tweede en pak het echt anders aan.’ Zo werkt ze bijvoorbeeld geen avonddiensten meer. ‘Achteraf gezien was de periode waarin ik met verlof ben geweest maar zo kort op mijn hele carrière. Nu vraag ik me af waarover ik me zo druk heb gemaakt.’
Richtlijn Zwangerschap, postpartumperiode en werk herzien
De NVAB publiceerde onlangs de herziene richtlijn Zwangerschap, postpartumperiode en werk. Hierin staan handvatten voor bedrijfsartsen bij het begeleiden van zwangere werkenden. In deze herziene versie zijn de adviezen bij meerlingzwangerschap en bij nachtwerk geüpdatet. Ook is er een advies voor werkaanpassing en werkhervatting na de bevalling als er medische problemen zijn, met aandacht voor het HELLP-syndroom.