Best of both worlds

29 maart 2012

In de week waarin het tv-programma Zembla haar pijlen, terecht, richtte op de sjoemelende ‘verzuimpolitie’ in ons land was ik met meer dan 1600 internationale collega’s in Mexico op een groot congres van de International Commission on Occupational Health (ICOH), de wereldorganisatie op het gebied van Arbeid en Gezondheid. Een groter contrast tussen deze werelden is nauwelijks denkbaar.

Waar Nederlandse arbodiensten en bedrijfsartsen nogal eens volledig opgaan (en soms ten ondergaan) in de commerciële slag om verzuimreductie, houden in de meeste landen van de wereld de Occupational Health Services en de occupational physicians zich hier niet of nauwelijks mee bezig. Daar ligt de nadruk van het werk in deze sector vrijwel volledig op preventie.

Verschillen

Vanwaar deze verschillen? Voor een deel heeft dat met de in ons land historisch gegroeide scheiding tussen behandeling en controle te maken. In veel landen worden behandelende medici ingeschakeld bij ‘sickness certification’. In ons land is het adviseren en beoordelen bij verzuim en arbeidsongeschiktheid bijna exclusief op het bord gelegd van bedrijfsartsen en verzekeringsartsen.

Verzuimboeren

De voordrachten en discussies over een aantal thema’s op het congres in Mexico beluisterend, krijg je de indruk dat een middenweg in deze beide uitersten eigenlijk voor alle partijen beter zou zijn.
In Nederland laat de praktijk van veel bedrijfsartsen zien dat ze zo overmatig voor verzuimbegeleiding worden ingezet ('verzuimboeren') dat er voor preventieve activiteiten op het gebied van verbetering van arbeidsomstandigheden en gezondheidsbevordering, wat toch een belangrijk deel van het vak zou moeten zijn, geen tijd en geld meer is.

Ziekenbriefjes

In het buitenland wordt erover geklaagd dat de ‘ziekenbriefjes’ uitdelende artsen vaak te weinig verstand van arbeid en gezondheid hebben om goede adviezen over werkhervatting te geven en dat het ontbreken van signalen over verzuim het voor de bedrijfsartsen moeilijker maakt hun preventieve taken in het bedrijf goed uit te voeren.

Steven Verbeek, een al jaren in Frankrijk werkende Nederlandse bedrijfsarts, gaf onlangs aan dat er daar nagenoeg geen dialoog is tussen zieke en bedrijfsarts en dat daar het besef begint te groeien dat hier gemiste kansen liggen. Duidelijk is wel dat men het huidige Nederlandse voorbeeld niet moet en wil volgen.

Preventie en begeleiding

Het vakgebied van de bedrijfsarts omvat zowel de preventie van beroepsziekten en werkgerelateerde aandoeningen als de begeleiding bij verzuim en preventie van arbeidsongeschiktheid en gezondheidsbevordering.

Double fun

Samen levert dat een bijdrage aan de zorg voor duurzame inzetbaarheid bij werk. Werk, dat voor onze gezondheid zo belangrijk blijkt te zijn. Een beter evenwicht tussen deze taken zou zowel de inhoud als de impact van het vakgebied vooruit helpen. Waarom niet ‘the best of both worlds’ beter combineren? Robert Palmer zong het al vele jaren geleden: dat leidt tot double fun . . .

Carel Hulshof